Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Daarom neemt nu voor ulieden zeven varren en zeven rammen, en gaat henen tot Mijn knecht Job, en offert brandoffer voor ulieden, en laat Mijn knecht Job voor ulieden bidden; want zekerlijk, Ik zal zijn aangezicht aannemen, opdat Ik aan ulieden niet doe naar uw dwaasheid; want gijlieden hebt niet recht van Mij gesproken, [15][20]gelijk Mijn knecht Job. 15. Job wordt niet geheel ontschuldigd, maar zijn vergrijping wordt minder gemaakt dan van zijn vrienden. Want dezen hebben meest gezondigd door een onverstandig oordeel van Gods straffen en zegeningen, mitsgaders door onmin en wreedheid tegen Job, hem als een huichelaar veroordelende en leugens tegen hem verdichtende, inplaats van hem te vertroosten; maar Job heeft meest misdaan door menselijke zwakheid en ongeduldigheid, zijnde daartoe gekomen door de verkeerde oordelen en schampere aanspraken zijner vrienden. 16. Te weten, door de hand van Job. 17. De Hebreeuwse woorden chi im zijn alzo genomen Spreuk.23:18. 18. Dat is, hem uit genade gunstig zijn en zijn gebed verhoren. Zie Gen.19:21; aldus is deze manier van spreken in het goede genomen; maar in het kwade genomen zijnde, betekent zij den persoon van iemand aanzien uit een blinde en onrechtvaardige gunst. Zie Lev.19:15, en de aantekening. 19. Sommigen zetten het aldus over: Opdat ik geen dwaasheid aan u doe, dat is straf der dwaasheid, gelijk elders zonde en ongerechtigheid voor straf derzelve genomen wordt. 20. Zie vs.7.